Splits het eiwit van het eigeel en doe dit in een aparte kommetjes. Rasp vervolgens de schil van de gehele citroen en limoen. Zorg ervoor dat je alleen de kleur van de citroen en limoen eraf raspt.

Doe het amandelmeel, zout en de basterdsuiker (100 gr.) in een kom. Snijd met de boter er doorheen totdat er een kruimelig zacht deeg ontstaat. Voeg het eiwit, citroen- en limoenrasp toe.

Kneed het deeg met koele handen snel tot een bal. Druk de bal plat en verpak het in vershoudfolie. Leg het deeg voor ongeveer 1 uur in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 180 °C. Vet de taartvorm in met boter of met olie.

Bestuif het werkblad, de deegroller en de deegbal met bakmeel en rol ⅔ van het deeg uit tot een plak van ongeveer 1 cm dik. Hiermee ga je de bodem en de rand van de taartvorm bekleden. Snijd eerst een cirkel uit het plak deeg die even groot is als de bodem van de taartvorm. Leg dit op de bodem van de vorm. Bekleed de randen met het restant van het uitgerolde deeg.

Schil de appels, snijd ze in kwarten en verwijder het klokhuis. Snijd de kwarten in stukjes en doe dit in een kom. Meng de kaneel en de rest van de basterdsuiker (50 gr.) door de appel. Meng de helft van het eigeel met wat limoensap en verdeel over de bodem. Schep de appels en besprenkel met wat limoensap.

Rol de rest van het deeg uit tot een vierkante lap. Snijd hier repen uit van ongeveer 2 cm breed en leg het in een ruit of andere creatieve patroon op de vulling. Bestrijk de bovenkant van je taart met de rest van het eigeel. Bak de taart ongeveer 1 uur goudbruin en gaar. Zorg ervoor dat je de taart iets onder het midden van de oven plaatst voor de perfecte bereiding.

Laat de taart in de vorm afkoelen voordat je het serveert.